Hier volgt een laatste bericht over ons lange avontuur.
Na Kakadu, stond Litchfield NP op het programma. Verschillende watervallen met veilige zwemplekjes die iedereen weet te bekoren. In Darwin zelf hadden we nog wat dagen over, zodat er het tijdvullen werd. Verschillende zwemplekjes, een aquarium met volledig zelfvoorzienend rifsysteem en gepassioneerde gids, waterspeelpark met reuzegrote waterglijbaan (volledig gratis), een sunset marktje aan het strand en voederen van vissen stonden op het programma. Na 2 nachtjes op een B&B vlakbij de luchthaven vertrokken we vol verse moed met de zakken op de rug voor een 3 km wandeling naar de luchthaven, maar we waren maar wat blij dat de vriendelijke eigenaar van de B&B ons even later kwam oppikken om een lift te geven!
De uren in Darwin airport gingen heel traag voorbij. Buiten een taverne om iets te eten en drinken was er dan ook niets te beleven. Dan maar wat naar de opstijgende en landende vliegtuigen kijken, maar dat waren er ook al niet veel. De vlucht zelf ging gelukkig wat sneller voorbij. In Singapore aangekomen, gingen we met de taxi naar Toin, Chinami, Julia en Leon (vroegere buren van moemoe en vava). Daar werden we in de watten gelegd! De kindjes hadden er grote speelkameraden bij en daar genoten ze zichtbaar van. 1 dag in het centrum van Singapore volstond ruimschoots om een waanzinnige herinnering over te houden aan deze splinternieuwe stad, waarvoor eeuwige dank!
Vanuit Singapore ging het met een zeer comfortabele bus naar Malaka, een drie uur rijden vanuit Singapore. De grens moest echter te voet worden overgestoken met de nodige controles erbij. In Malaka konden we voor het eerst genieten van de Maleisische luxe. Het werden 3 nachten in een groot resort met verschillende zwembaden. Er werd dan ook geregeld gezwommen, maar daarbuiten hebben we ook het toeristisch centrum van de stad verkend. Er was zowaar een visitor center, maar veel stelde dat niet voor. Toch een paar kaartjes en brochures kunnen bemachtigen om het verdere verloop van onze rondreis door Maleisië te kunnen plannen. We leerden ook snel de obehaaglijke hitte kennen, de tropische regenvlagen en onweders. Een poging om hier een huurauto te bekomen leverde niets op. Dan maar met een nog comfortabele bus, zelfs met massagezetels, naar de luchthaven van Kuala Lumpur. Hier konden we een splinternieuwe Proton break op de kop tikken, waar al onze bagage netjes in paste.
Zonder wegenkaart waagden we ons op de drukke snelwegen rond Kuala Lumpur. Al snel werd duidelijk dat het onbegonnen werk was. Na een tijdje zoeken, konden we een simpel kaartje op de kop tikken. Nu konden we toch al wat hoofdrichtingen terugvinden, maar het verkeer zelf was nog serieus wennen. Vooral de vele brommers met hun agressieve rijstijl maken het extreem moeilijk. Uiteindelijk ten oosten van Kuala Lumpur geraakt en in het donker gezocht naar een overnachting. Het werd een schamele chalet, maar met airco! De volgende dag op weg naar Bukit tinggi, een kunstmatig dorpje nagebouwd naar het Franse stadje Colmar. Hier konden we nog eens wat westerse patisserie tot ons nemen, maar ook tegen hoge westerse prijzen. Toen we nog wat Maleisische ringit probeerden af te halen met onze Visa-kaart, begon de malaise :p. Betalen met de Visa-kaart lukte gelukkig nog wel, maar aangezien Maleisië nog niet zo ver staat met de electronische betaalmiddelen, was het toch zaak om zo snel mogelijk cash geld te verzamelen. Dan maar snel doorrijden naar de oostkust waar het meer toeristisch is en hopelijk met de creditkaart betaald kon worden. In Cherating vonden we een resort met zwembad, een kilometer van het strand waar we enkele nachten bleven. Dit vooral om het cash probleem op te lossen, wat na een bezoekje aan de Maybank ook lukte; de kindjes leefden zich uit in het zwembad. Het besef groeide dat dit toch niet echt de ontspannende afluiter van onze lange reis was en we probeerden zelfs een vervroegde terugkeer te regelen. Toen dit echter onbetaalbaar bleek, was het zaak om er toch nog het beste van te maken. Met verse moed wilden we onze weg vervolgen, maar dan bleek een raam van de auto stuk. De moed zakte ons even helemaal in de schoenen, maar de manager van het hotel was zo eerlijk om toe te geven dat tijdens het grasmaaien een steen tegen de raam werd geprojecteerd. De herstelling werd volledig vergoed en tijdens de herstelling werden we nog getracteerd op een superzoete plaatselijke koffie en een broodje met 'kaya' (een heerlijke kokosnoten confituur). Een ommekeer in ons Maleisisch avontuur tot zover.
De volgende bestemming was Rantau Abang. Een klein dorpje naast het strand, waar een schildpadden informatiecentrum was. Hier konden we het nodige te weten komen over deze aardige beestjes. Er werd overnacht in een beach 'resort' tussen de plaatselijke bevolking. Er bleef nl. een groep schoolkinderen overnachten. Op het strand werden onze kindjes overstelpt door de schoolkinderen die zo'n westerse kinderen en hun gebruiken niet echt gewoon waren. 's Avonds kregen we nog wat locaal voedsel te proeven: rijst met ansjovis, pikante deegrolletjes en een superzoete bananensoep. Alles werd opgegeten, maar niet met volle goesting. De volgende dag ging het naar Marang waar we de boot namen naar het eiland Kapas. 1 van de eilanden met parelwitte stranden en cristalhelder water. Voor het eerst in ons leven werd er gesnorkeld tussen de riffen met hun kleurrijke bewoners. Aangezien Mischa en Tristan nog niet konden zwemmen deden zij dit al drijvend op een bal. Zo konden zij ook meegenieten van al deze pracht. Er was zoveel te zien, dat we ons lieten verrassen door de zon met als gevolg dat we als rode kreeften s'avonds nagloeiden in het bed. De volgende dag namen we de boot terug, waarna we verder reden naar het noorden. Deze keer vonden we een nieuw, superchic beach resort op onze weg. Een zwembad met prachtig zicht op het strand, de zee en de eilanden. De magie van dit zwembad leidde ertoe dat onze jongens leerden zwemmen! Het begon met enkele meters, maar ondertussen geraken ze al behoorlijk ver. Ieder in zijn eigen kenmerkende stijl. Ook werd er een bezoek gebracht aan een Chinese kapper (was Maleisische feestdag) en werden de 'mannen' kortgewiekt. Na 2 dagen relaxen en bekomen van onze zonnebrand werd onze weg vervolgd naar Merang. Van hieruit vertrokken de boten naar het eiland Redang. Door de plaatselijke bevolking verschillende keren vernoemt en dus leek het voor ons zeker de moeite om een bezoek te brengen. In plaats van een dure overnachting op het eiland werd het een onvergetelijk privé-boottochtje naar 2 snorkelplekjes met overvloedig veel vissen en we konden op een paar meter afstand met de groene zeeschildpadden zwemmen. Tristan kon hem op een bepaald moment zelfs bijna aanraken. We leerden uit ons snorkelavontuur op Kapas en hielden deze keer netjes onze T-shirten aan!
Hierna lieten we het strand achter ons en reden we door het binnenland richten de 'Cameron Highlands'. Een gebied 1000 tot 2000 m boven zeeniveau waar thee wordt verbouwd. Onze eerste indruk was niet echt positief. Het gebied wordt doorkruist door 1 slecht onderhouden hoofdweg waar het ontzettend druk is en overal zie je plastieken serres. Voor dit laatste werden we in Nepal al gewaarschuwd door een Belgische toeriste. Na een nachtje beraad in een veel te groot appartement waagden we ons aan een steil zijweggetje kronkelend door de heuvels richting het hoogste punt. De plastieken serres vervaagden, het werd rustiger en het zicht werd als maar mooier. Boven was er echter mist, waardoor we niet echt konden genieten van het uitzicht. Af en toe klaarde deze toch deels op om zijn geheimen prijs te geven. Er werd nog een bezoekje gebracht aan een aardbeienboerderij, waar je veel te veel betaald om zelf je aardbeien te plukken. We kregen wel wat pasgeboren geitjes te zien en lokaal fruit en groenten te proeven. Wat moeten kinderen nog meer hebben... Een bezoek aan een theeplantage mocht ook niet ontbreken en zullen onze kindjes vooral onthouden voor de heerlijke taartjes en het watervalletje. Op naar ons laatste avontuur nl. het oerwoud van Taman Negara.
Aangezien we niet wisten hoe bereikbaar het NP was, reden we eerst naar Jerantut. Van hieruit kan je 3 uur met de boot of 1,5 uur met bus naar Kuala Tahan, het hoofdkwartier van het NP. We informeerden ons naar de mogelijke trektochten in de jungle en hadden het 'geluk' een gids te kunnen spreken waarmee we voor een schappelijke prijs een 2-daagse trektocht met overnachting in een grot vastlegden. Het voorschot werd betaald en de details besproken. We waagden het erop om zelf tot Kuala Tahan te rijden. Het was een goede weg en Kuala Tahan bleek dan toch niet zo'n jungledorp dan we hadden verwacht. We boekten een eenvoudige motelkamer en bereidden ons voor op onze tocht. De volgende morgend waren we vroeger op de afspraak dan nodig. Nog geen gids te zien, dan maar even wachten. Opeens spreekt een onbekende ons aan ivm de voorbereiding op de tocht. Blijkt dat we zelf al ons voedsel, drinken, overnachtingsspullen e.d. moeten dragen terwijl met de gids werd besproken dat hij dit voor zijn rekening nam. Bovendien kwam de gids die we de dag ervoor hadden gezien niet opdagen (achteraf bekeken, een geluk bij een ongeluk), maar werd een andere gids voorgesteld. Het werd ons meteen duidelijk dat we de verkeerde mensen gesproken hadden de dag ervoor en dat we het voorschot kwijt waren. Met de aanwezige mensen, 1 ervan bleek een reisleider, werd de situatie ingeschat. Het werd al wat later en zonder extra dragers was het onmogelijk om die dag aan de trekking te starten. We spraken af dat voor een kleine meerprijs (200 ringit oftewel 50 €) (een) extra drager(s) werd gezocht voor de dag erna. Er was wel nog tijd om een 350 m lange wandeling over hangbruggen door de boomtoppen te doen. Op weg hiernaar kwamen we nog wat aapjes en grote leguanen tegen en de kindjes vonden een schommel van lianen op hun weg. De volgende morgend was wel iedereen tijdig op de afspraak. 1 gids en 2 dragers van de Orang Asli (plaatselijke oerwoudbewoners). De gids sprak behoorlijk Engels. We leerden hoe de Orang Asli het oerwoud gebruikt en zich beschermt tegen de gevaren. We kregen vers water uit lianen te drinken, heerlijk fruit te eten, er werden vorken van bamboe gemaakt en we kregen zelfs een demonstratie boomklimmen (indrukwekkend!). Het was zweten van het begin tot het einde. Alle kleren waren doorweekt. Toen we met de boot terug in Kuala Tahan aankwamen, smaakten de verse watermeloen- en ananassapjes nog beter dan tevoren! We hoopten op een heerlijk koele, lange nachtrust, maar zelfs na zo'n inspanning hadden de kindjes nog energie over. De volgende dag stopten we nog bij een opvangcentrum voor olifanten. Hier mochten we de grote olifanten voederen en gingen we met de kleintjes in bad. De laatste dag stond in het teken van onze terugvlucht. Alle koffers pakken en de huurauto terug binnen leveren. Daarna vele uurtjes wachten op de luchthaven. Hier was gelukkig veel meer te beleven dan in Darwin., waardoor de tijd tamelijk snel voorbij ging. Eerst een nachtvlucht van 11 uur. Jasmine viel al tijdens het opstijgen in slaap en de jongens gelukkig niet veel later. Voldoende om de laatste vlucht aan te vatten. Het werd ongeduldig aftellen tot het terugzien van de familie! Eindelijk, maar wat gaan 6 maanden toch snel voorbij...
Tot zover ons grote avontuur. Wij hopen jullie snel allemaal te ontmoeten om de pittige details te vertellen; maar ook jullie ervaringen van de afgelopen 6 maanden te horen! Bedankt voor jullie warmte, maar was soms wat te heet in Australië en Maleisië :p!
Kawamitrja
Lees meer